Bauhaus. Het is een term die velen weleens gehoord zullen hebben, maar wat het precies inhoudt is vaak wat onduidelijk. De eerste associatie is architectuur, maar Bauhaus ging veel verder dan dat. Het belichaamde een nieuw ideaal in de kunsten. Niet alleen architectuur, ook meubels en gebruiksvoorwerpen én kunstvormen als toneel en dans volgden de uitgangspunten van de stroming.
Bauhaus is een statement dat onmiddellijk associaties oproept met begrippen als vernieuwing, sociale vooruitgang, creatieve vrijheid en grootse ambities. Na de Eerste Wereldoorlog zette een jonge generatie kunstenaars zich in voor een nieuwe kunst, voor een nieuwe tijd. Het Bauhaus – opgericht in 1919 in Weimar door de architect Walter Gropius – werd het opleidingsinstituut voor beeldend kunstenaars, architecten en ambachtslieden waar deze idealen letterlijk vorm kregen.
Vernieuwende methode
Het is Gropius’ grote verdienste geweest om in het lesprogramma kunst, ambachtelijke techniek en industrie samen te brengen en te verbinden. Dat gebeurde in zowel theorie als praktijk. Hiermee verdween de traditionele hiërarchie tussen de kunstdisciplines. Ook de oude lesmethoden veranderden: studenten werden vooral gestimuleerd om hun eigen individuele mogelijkheden te ontdekken en te experimenteren met de meest uiteenlopende materialen.
Bauhaus was uiterst sociaal geëngageerd: goede architectuur en design moest niet alleen voor een elite bereikbaar zijn maar voor iedereen, voor de massa, en dus werd betaalbaarheid een belangrijk item. Goede architectuur betekende woningen met open, lichte en zonnige ruimtes – makkelijk te vervaardigen met moderne bouwtechnieken en moderne materialen. De functie van het gebouw en van het object ging de vorm ervan bepalen. Om objecten gemakkelijker te reproduceren werd deze vorm eenvoudig, strak en ingetogen: de nieuwe esthetiek van het moderne functionalisme was geboren.
Moeizame start
De eerste Bauhaus-producten werden niet bepaald met veel enthousiasme onthaald – de conservatieve burgerij vond ze veel te koel en ook de nieuwe architectuur kon nog niet op veel bijval rekenen. De sociaal-democratische ideeën werden beoordeeld als te progressief en het gedrag van de studenten in Weimar als te provocerend. En al die wilde feesten tot diep in de nacht – het kon echt niet door de beugel!
Het Bauhaus sloot in Weimar de deuren en verhuisde in 1925 naar Dessau waar Walter Gropius een compleet nieuw gebouw ontwierp voor de opleiding dat volledig beantwoordde aan de Bauhaus ideologie. Het lesprogramma werd uitgebreid met vakken als fotografie, weven, reclame, grafische vormgeving, theatertechniek en toneel.
Klinkende namen
Veel klinkende namen zijn voor kortere of langere tijd aan het Bauhaus verbonden geweest. De excentrieke Johannes Itten – die zijn lessen begon met bewegingsleer en ademhalingsoefeningen om zijn leerlingen te laten ontspannen – en Josef Albers waren autoriteiten op het gebied van kunstonderwijs en kleurentheorie. Wassily Kandinsky en Paul Klee behoorden tot de pioniers van de moderne schilderkunst.
Oskar Schlemmer wist furore te maken met zijn zogenaamde Triadisch Ballet – een ballet waarin de dansers gekleed waren in zware kostuums met zeer elementaire en geometrische vormen die hun bewegingen als het ware abstract maakten. Veel verder weg van klassieke dans kon je niet raken. Laszlo Moholy-Nagy introduceerde fotografie en film – met licht als essentieel onderdeel – als het nieuwe medium van zijn tijd.
De jaren in Dessau vormden een onbetwist hoogtepunt in de geschiedenis van het Bauhaus. Het gebouw is inmiddels een iconische plek geworden waar die ongebreidelde energie van al dat creatief talent nog zo navoelbaar is. De ateliers van Kandinsky en Klee – die eenvoudige, onopgesmukte ruimtes waar zoveel meesterwerken zijn ontstaan – het is het betreden van heilige grond! De Bauhaus-kunstenaars wisten elkaar op scherp te stellen maar er waren ook conflicten, felle discussies en meningsverschillen. De onvermijdelijke ruzies waren de oorzaak dat sommigen vertrokken.
Het doek valt…
De politieke koers van de jaren dertig van de vorige eeuw maakte abrupt een einde aan alles waar Bauhaus voor stond. De opleiding werd nog voor korte tijd in 1932 naar Berlijn verplaatst maar de nazi’s waren van mening dat er aan het Bauhaus Entartete Kunst werd onderwezen en daarmee viel het doek in 1933 voorgoed. Veel kunstenaars weken uit naar Amerika waar zij het gedachtegoed van Bauhaus wisten uit te dragen.
Bauhaus en … Ikea en Hema
De idealen van Bauhaus – een eenvoudig, strakke , betaalbare vormgeving voor iedereen met gebruikmaking van nieuwe technieken en materialen – zijn vandaag de dag nog springlevend. Het IKEA concern bijvoorbeeld – en ook de HEMA – houden kwalitatief design voor de massa hoog in het vaandel. Het is een groot eerbetoon aan het Bauhaus dat dagelijks miljoenen mensen op de wereld zich omringen met objecten die qua vorm en productie zijn geïnspireerd op de idealen van deze uitzonderlijke kunstopleiding.